Ga naar submenu Ga naar zoekveld

Wat de stenen zouden kunnen vertellen

Rikko geeft op de vroege ochtend inspiratie om de dag bewust te beginnen. Hij leest om 6 uur de teksten uit een oud kerkelijk leesrooster en zo rond 7 uur deelt hij de gedachte die dan op-popt. Elke werkdag te lezen en te beluisteren.

Deel:

PopUpGedachte No 722: ‘wat de stenen je zouden kunnen vertellen’

 (vanwege het GracelandFestival bij hoge uitzondering een PopUpGedachte op zaterdagochtend, vanaf maandag weer gewoon elke werdag)

Tijd.

Een gedicht van Vasalis.

Ik droomde, dat ik langzaam leefde…

langzamer dan de oudste steen.

Het was verschrikkelijk: om mij heen

schoot alles op, schokte of beefde, wat stil lijkt.

‘k Zag de drang waarmee de bomen zich uit de aarde wrongen

terwijl ze hees en hortend zongen;

terwijl de jaargetijden vlogen

verkleurende als regenbogen…

Ik zag de tremor van de zee,

zijn zwellen en weer haastig slinken,

zoals een grote keel kan drinken.

En dag en nacht van korte duur

vlammen en doven: flakkrend vuur.

- De wanhoop en welsprekendheid

in de gebaren van de dingen,

die anders star zijn, en hun dringen,

hun ademloze, wrede strijd…

Hoe kón ik dat niet eerder weten,

niet beter zien in vroeger tijd?

Hoe moet ik het weer ooit vergeten?

Onder onze voeten leven geduldige stenen. Hun tijd is eindeloos vergeleken met de mijne. Op hun levensduur is de mensheid een eendagsvlieg. Een jaar of 80, maximaal. Even geboren worden, een tijdje wat proberen, dan denken dat je er bent, dan realiseren dat je het niet weet of juist heel dogmatisch worden en dan doodgaan, bij voorkeur met geliefden om je heen. Voor een steen flitsen er mensen aan en uit. En wat als zij ons konden horen.

In één van de oudste bijbelteksten neemt één van de zieners, de profeet, een wijze een steen als getuige. Hij trekt met het Joodse volk, wat nog in een vroeg stadium van volk-vorming verkeert door de Sinaï-woestijn. Het is een nomadische club, met een eigenwijs, mopperig karakter. Het is al gauw niet goed en anders is het wel verkeerd. Het zijn net Hollanders, maar dan in woestijnvorm. En Jozua heeft hen net de keus voorgelegd of ze nou serieus een gelovig volk willen zijn. Of ze iets met die spiritualiteit van Abraham, Isaak en Jakob willen of liever toch gewoon de God van de oogst, de god van de oorlog, woestijngoden. Die ene waarnaar de voorouders verwijzen of die lekker heldere duidelijke met oogstfeesten, seksfeesten, oorlogstrommen en hier en daar een mensenoffer.

En het volk zegt en blijft volhouden dat ze toch echt iets met die spiritualiteit van die van Abraham, Isaak en Jakob willen. Voordat hij die steen tot getuige erbij roept, probeert Jozua hen er nog van af te praten. Zouden meer mensen moeten doen wat mij betreft. De seculiere, ex-gelovigen doen het natuurlijk ook al maar zou best aardig zijn als dominees zich in dat koor voegen en priesters. Doe het niet, geloof het niet, beloof het niet. Het is te ingewikkeld, er zijn veel te veel risico’s, ga gewoon iets anders doen maar niet die god van Abraham, Isaak en Jakob. Als marketingstrategie mogelijk nog best een optie. De kerk als verboden vrucht, christendom als point of no return, spelen met je leven, dat soort dingen. Hoe zegt Jozua dat vanochtend als het volk zegt, natuurlijk zullen wij die God dienen?

“'U zult niet in staat zijn de HEER te dienen, want hij is een heilige God, hij duldt niemand naast zich, hij zal u uw overtredingen en zonden niet vergeven. Wanneer u de HEER verlaat en andere goden gaat dienen, zal hij zich tegen u keren. Dan zal hij u niet langer weldaden bewijzen, maar u kwaad doen en u vernietigen.' Maar het volk zei opnieuw: 'Wees ervan verzekerd dat we de HEER zullen dienen.'

Maar waar is die vergevende, goedlachse, gezellige God de Vader in de hemel dan gebleven? En hoe zit dat met die steen? Ook richtte Jozua een grote steen op: 'Deze steen,' zei hij tegen het volk, 'is getuige, want hij heeft alles gehoord.’

Onder mijn voeten liggen stenen. Als zij mij konden vertellen welk beloftes ik gedaan heb, wat ik aan anderen heb voorgehouden, waar ik voor ging, zou mogelijk het schaamrood me naar de kaken vliegen. Een spoor van gefaalde voornemens en verbroken beloftes en ik doe alsof ze niet bestaan. Jozua zegt: ‘je komt er niet mee weg’. Dus denk na voor je iets belooft. Hij zegt niet: ‘wees een mens uit één stuk’ hij zegt dat wie pretendeert een mens uit één stuk te zijn sowieso stuk gaat. En dat dit gevolgen heeft in het echte leven. Dat het pijn doet. Dat mensen je daarvoor zullen afvallen, links laten liggen.

Het is mijn grootste angst. Dat ik iets beloof of voorzeg, het niet doe en dan dat er over mij gezegd wordt dat ik onbetrouwbaar ben. Dat ik wel dingen zeg, maar in the end komt er toch niets van.

Twee dingen voor deze zaterdagochtend. Kies dan, kies dan toch en weet dat dit consequenties heeft. Dat je niet je zult houden aan je keus is ook waar. Dat is geen reden om niet te kiezen. Maar om goed te kiezen. De eeuwige zal je aan je keus houden. Gegrift in stenen uit wie het niet meer te verwijderen is. Niet kiezen bestaat niet, daar is geen leven. Zo is de realiteit. Kies dan goed, faal, vrees de consequenties daarvan want die zijn niet altijd tof, maar vrees nog meer dat je niet kiest.

In de stenen staat mijn pad gegrift. En mooi is het lang niet altijd, terug gaat niet meer. Er is een weg vooruit. Dieper het bos in, dieper de spiritualiteit in, dieper het verlangen binnen dat mij altijd al dreef. Kome wat komt.

Tot hier dan op deze zaterdagochtend, bij uitzondering een zaterdagochtend. Maandag weer een volgende. Tot dan!

Hier vind je drie tekstgedeelten die Rikko vanochtend las.

Geschreven door

Rikko Voorberg

--:--