‘Schoon mijn zonden vele zijn, maak om Jezus’ wil mij rein’, zong Marieta’s moeder voor haar. Maar Marieta zingt het niet voor haar kinderen…
Er zijn van die gebeden die generaties meegaan. Omdat je ze zelf zo goed kent. Omdat er een enorm gevoel van veiligheid vanuit gaat. Tenminste, bij mij wel.
Ik herinner me nog hoe mijn moeder elke avond met me zong:
Ik ga slapen, ik ben moe
Sluit mijn beide oogjes toe
Heere, houd ook deze nacht
Over mij getrouw de wacht.
Met die woorden komen herinneringen boven aan de lieve sopraanstem van mijn moeder, de rust na een drukke dag, even haar volle aandacht krijgen en daardoor ook het gevoel dat het warm en veilig is bij God.
Niet meer dan logisch dat ik mijn eigen dochters dat gebed ook leer. Een mooi ritueel aan het einde van de dag en het begin van de slaap.
Het tweede couplet
Nu ze groter zijn variëren we weleens, maar dit gebedsliedje blijft toch favoriet. Logisch dus als ik ze het volgende couplet ook zou leren.
Dat gaat als volgt:
‘t Boze dat ik heb gedaan
Zie dat, Heere, toch niet aan
Schoon mijn zonden vele zijn
Maak om Jezus’ wil mij rein
Maar dat doe ik dus niet. Alles in mij verzet zich daartegen. Waarom? Omdat ik vind dat mijn kinderen helemaal niet zoveel verkeerd doen. (Het zijn net zulke braveriken als hun moeder…) Ik kan het niet over m’n hart verkrijgen om ze dan te laten zingen ‘Schoon mijn zonden vele zijn’. Het is namelijk ook echt niet zo. En als zou het wel zo zijn: moet je een kind al laten weten dat ze zondig is?
Ik was stout
Zelf groeide ik op in een kerk waar al bij de doop van kinderen werd gezegd dat ‘wij met onze kinderen in zonden ontvangen en geboren zijn en daarom kinderen des toorns zijn, zodat wij in het rijk Gods niet kunnen komen, tenzij wij van nieuws geboren zijn’. Hoewel ik van mijn ouders een vriendelijk godsbeeld meekreeg, zorgden dit soort teksten toch voor wat benauwde momenten als kind. Ik was al jong best ernstig en snapte heel goed wat er in de kerk werd gezegd: hoe lief ik ook was, het maakte allemaal niks uit, want ik was toch stout. Om het nog maar niet te hebben over kinderen waar ouders het begrip zonde gebruikten om hun eigen regels kracht bij de zetten. Reli-opvoedmanipulatie, zeg maar. ‘God ziet alles.’
Gods beeld weerspiegelen
Inmiddels snap ik dat zonde en ‘stout zijn’ niet hetzelfde zijn. Dat zonde niet zozeer gaat om de specifieke fouten, maar dat zonde meer een state of mind is. Tom Wright zegt het mooi in zijn boek Eenvoudig Christelijk: ‘Het is de erkenning dat God ons mensen gemaakt heeft om zijn beeld in de wereld te weerspiegelen en dat wij dat niet hebben gedaan.’ Als mensheid zijn we flink verwijderd van hoe God ons eigenlijk bedoeld heeft. Dat is zonde.
Daarom wil ik mijn kinderen niet leren dat dat ene snoepje stiekem pakken zonder toestemming ‘zonde’ is. Dat is het uittesten van ouderlijke grenzen en heeft daar niets mee te maken. Ik schets liever hoe we dan wél bedoeld zijn, hoe niet-zondig Jezus was, hoe hij in deze wereld stond en hoe hij met andere mensen omging. En als ze oud genoeg zijn, vertelt het Jeugdjournaal hen wat zonde is.
Het zonde-couplet schrap ik dus, maar het gebed is inmiddels wel wat langer. Want dit herinnerde ik me ook nog:
Zorg voor de arme kinderen, Heer
En herstel de zieken weer
Ja, voor alle mensen saam
Bid ik u in Jezus’ naam
Amen